Bergen bij de bron
De vele overstromingen van de laatste jaren worden voor een belangrijk deel veroorzaakt door menselijke ingrepen in de waterhuishouding. Rivieren zijn rechtgetrokken, verbreed en uitgediept om water sneller af te voeren, hoogvenen zijn ontwaterd en door de drainage van beekdalbodems is bovendien de natuurlijke sponswerking in vrijwel alle Europese stroomgebieden sterk afgenomen. Het gevolg is steeds meer overstromingen bij een groot wateraanbod en watergebrek bij droogte. Landen zoeken nu op eigen houtje naar oplossingen, zoals dijkverhogingen, kade-aanleg en grootschalige retentiebekkens. Dit soort technische oplossingen verplaatst de problemen echter alleen maar. Het is de hoogste tijd om op zoek te gaan naar duurzame, meer natuurlijke oplossingen.
Het herstel van de spons
In opdracht van het Wereld Natuur Fonds en Stichting Ark heeft Bureau Stroming een analyse gemaakt van de stroomgebieden van de Rijn en de Maas. Er is gezocht naar ruimte om water te bergen dicht bij de plaatsen waar het valt. Dit blijken vooral de middelgebergten (het heuvelland tussen de 300 en 1500 m hoog) te zijn. Daar valt de meeste regen en is ook nog veel ruimte beschikbaar om het vast te hgouden. Door water dichtbij de bron langer vast te houden, in hoogvenen, natuurlijke bossen en brede, drassige dalen worden hoogwatergolven vertraagd en gereduceerd, met minder hoogwaterproblemen benedenstrooms.
Natuurlijkere beekdalen bovenstrooms blijken goed te combineren met andere gebruiksvormen en landgebruik, zoals landbouw, drinkwatervoorziening, scheepvaart, industrie, natuurbehoud, recreatie en toerisme. De benodigde ruimte hoeft dus niet te worden aangekocht of anderszins verworven, maar kan via partnerships met grondeigenaren ('waterboeren') worden gevonden.